IS ER EEN RECHTBANK IN DE HEMEL?
In het 12e hoofdstuk van het Bijbelboek Hebreeën staat dat God als een Rechter zetelt op een plek in de hemel waar wij toegang hebben. Ook in het Oude Testament komen we veel teksten tegen over God die rechtszaken voert, soms tegen, maar meestal ten gunste van Zijn volk, of voor Zijn kinderen.
De rollen van God
In ons volwassen leven kunnen wij meerdere rollen vervullen: wij kunnen zowel echtgenoot zijn, vader of moeder voor onze kinderen, iemands vriend, sporttrainer in onze vrije tijd, en ook op ons werk vervullen we een bepaalde functie/rol.
Zo is het ook bij God (wij hebben het dus van geen vreemde!). Wij kennen God vaak in de rol van de Vader, sommigen kennen Hem wat meer intiemer in de rol van Vriend, zoals Abraham God kende.
Maar door de hele Bijbel heen komen wij God ook tegen als Rechter. Soms roept die rol bij mensen angst voor veroordeling op. Maar dat komt omdat men niet werkelijk begrijpt dat Gods rol als Rechter bedoeld is om ons te zegenen:
- Om ons vrij te maken van onze zonden:
Kon nu, laten wij samen een rechtszaak voeren, zegt de Heere. Al waren uw zonden als scharlaken, ze zullen wit worden als sneeuw; als waren ze rood als karmozijn, ze zullen worden als witte wol. (Jes. 1:18)
Je ziet dat de rechtszaken die God in het Oude Testament tegen Zijn volk voert altijd het doel hebben om het volk weer op het rechte pad te brengen. Hij verlangt er altijd naar om na zondenbelijdenis weer vrij te spreken. - Om onze rechtszaken te voeren als er sprake is van onrecht:
Want U hebt mijn recht en mijn rechtszaak behartigd, U hebt Zich gezet op de troon, o rechtvaardige Rechter. (Ps. 9:5)
Misschien denk je nu ‘ja, maar dit zijn teksten uit het Oude Testament’. Dat klopt, maar ook in het Nieuwe Testament komen we God tegen in Zijn rol als Rechter.
God als Rechter op de berg Sion
Eén van deze teksten staat in het boek Hebreeën:
Maar u bent genaderd tot de berg Sion, en tot de stad van de levende God, tot het hemelse Jeruzalem en tot tienduizendtallen van engelen, tot een feestelijke vergadering en de gemeente van de eerstgeborenen, die in de hemelse opgeschreven zijn, en tot God, de Rechter over allen, en tot de geesten van de rechtvaardigen, die tot volmaaktheid zijn gekomen, en tot de Middelaar van het nieuwe verbond, Jezus, en tot het bloed van de besprenging, dat van betere dingen spreekt dan dat van Abel. (Hebr. 12: 22-24)
Een aantal zaken vallen op in dit Bijbelgedeelte:
- Wij hebben toegang tot een hemelse plaats, die de berg Sion wordt genoemd.
- Op deze plek zetelt God als Rechter
- Jezus is er aanwezig als Middelaar
- Maar ook het bloed van Jezus is aanwezig omdat het een stem heeft, die krachtiger is dan de stem van de zonde.
De hemelse rechtszaal
Blijkbaar is er een rechtszaal in de hemel waar wij mogen komen. Wat zouden wij daar kunnen doen? God nodigt ons uit om samen met Hem rechtszaken te voeren (Jes. 1:18). Waarom zou Hij dat willen? Omdat Zijn koninkrijk (Zijn heerschappij) niet zonder recht en gerechtigheid kan:
Gerechtigheid en recht zijn het fundament van Uw troon (Ps. 89:15)
God wil gerechtigheid van ons naar Hem (wij moeten gerechtvaardigd worden door het bloed van Jezus) en Hij wil gerechtigheid tussen mensen en in de maatschappij (Hij wil afrekenen met alle vormen van onrecht).
Het Koninkrijk van God is niet alleen een Koninkrijk van redding en verlossing, maar ook een Koninkrijk van recht en gerechtigheid op aarde. Denk maar eens aan alle zegeningen die in Leviticus 26 en Deuteronomium 28 worden genoemd die ons deel zijn wanneer wij wandelen in Zijn wegen: we zullen floreren (in financiën, gezondheid, relaties, werk) en in onze bestemming wandelen.
De aanklager overwinnen
De vijand probeert deze zaken van ons te stelen en ons te vernietigen (Joh. 10:10). Hij doet dat door ons dag en nacht voor God aan te klagen vanwege onze zonden (Openb. 12:10). Zonde blokkeert zowel de zegeningen van God als het wandelen in onze bestemming. Het geeft de vijand een legale grond om deze te roven. Maar als wij naar de hemelse rechtszaal gaan om onze zonden te belijden, dan is daar Jezus als onze Middelaar die met Zijn bloed ons schoonwast van elke zonde. Daarna hebben wij het recht om het gestolene terug te eisen en daarmee overwinnen wij de vijand:
En zij hebben hem (de aanklager) overwonnen door het bloed van het Lam en door het woord van hun getuigenis, en zij hebben hun leven niet liefgehad tot in de dood. (Openb. 12:11)
Wat een geweldig perspectief!